Ogenschijnlijk zien ze er allemaal hetzelfde uit. Ga je wat nauwkeuriger kijken dan zijn er wel duidelijke verschillen. Hooiwagens daar gaat het hier over. Er zijn tot nu toe vijf soorten in de tuin aangetroffen. Ze behoren tot de groep van de spinachtigen. Vier soorten hebben een Nederlandse naam en één minder voorkomende soort een Latijnse naam: Rode hooiwagen, Bonte hooiwagen, Gewone hooiwagen, Drietandhooiwagen en Odiellus spinosus.
Ze verschillen in kleur, het patroon op het achterlijf en de lengte van de poten. Ze hebben allemaal acht poten, net als bij de spinnen. Het lijf is gedrongen en is niet ingesnoerd. Dit is een duidelijk verschil met spinnen. Hooiwagens maken geen spindraad of spinnenweb. Hebben spinnen tot wel acht ogen, bij de hooiwagens kom je meestal niet verder dan één paar. Die ogen staan altijd op een verhoging.
Als hooiwagens bedreigd worden laten ze makkelijk één of meer poten vallen. Vaak zie je dan ook hooiwagens met minder dan acht poten. Geen zorgen, ze groeien weer vanzelf aan.
Ze eten van alles: planten, beestjes en insecten, levend of dood, het maakt ze niet uit. Hiervoor hebben ze een krachtig stel kaken met daaraan scharen, die lijken op een kreeftenschaar.
Geplaatst 5-2-2020